Boefie

 

 

Vandaag, precies een jaar geleden, stapten we in de auto. Het was nog even spannend, want mijn auto stond daarvoor nog stil en was toen al rijp voor de sloop, maar hij deed het die ochtend weer ff en daarom konden we de lange reis maken richting Groningen. We gingen alleen ff kijken. Tenminste dat zei ik hardop, vooral om mezelf te overtuigen. Het is niet niks, dus we moeten er wel echt zeker van zijn.

 

 

T zat op de achterbank met zijn toenmalige vriendin, wat nu de status van hun relatie is is onbekend, maar ze kwam vandaag wel weer ff langs. Nee we hoeven dan geen thee, deur dicht. Ik overtuig mezelf maar dat ze gewoon huiswerk maken. We hoeven niet nu meteen te beslissen. Heb je je wel echt goed ingelezen? Wil ik het zelf wel. Vragen wisselden zich af met gedachten en interne preken: Waar ga je aan beginnen?

 

 

Eerst dachten we nog dat we verkeerd reden, we werden richting een industrieterrein gestuurd, batterij bijna leeg. Dat zal je net zien, rijd je dat pokkeneind en dan heb je een verkeerd adres doorgekregen. Hier linksaf, parallel rijden, bochtje en toen toch ineens een huis. Een soort verlaten boerderij. We werden hartelijk welkom geheten door de bewoners, maar vooral door de enthousiaste viervoeters die er rondrenden. Door een smal gangetje, de keuken en toen links de hoek om naar de woonkamer.

 

 

‘Ah, wat een schatjes’ hoorden ik mijn zoon en zijn vriendin om en om uitkermen. Ik probeerde de stoïcijnse aanpak. Zo makkelijk geef ik me niet gewonnen, want dan weet ik hoe dat gaat. Met een vriendin ging ik ook ooit alleen ff kijken naar kittens en toen liep ik ook met 2 hompies in mijn hand het asiel uit. Moeders kwam ons ook even uitchecken. Vier puppies renden door de kamer heen. ‘Die is het.’ werd er meerdere keren gezegd, omdat hij precies op zijn broertje leek.

 

 

Toen we dan eindelijk onze ADHD-versie van een pomeriaan in onze handen kregen ging die onder luid geAAAAAAH van hand tot hand. We keken elkaar aan, we keken de pup aan en toen wisten we het: we gaan niet zonder lege handen naar huis. Ik piepte nog een keer ‘weet je het zeker T?’ en met veel overtuiging en ‘IK GA HEM EEEEEEEECHT ELKE DAG UITLATEN’ bezegelden we de transactie. Wij waren de nieuwe eigenaren van een pup.

 

 

We gingen alleen even kijken. Ik had wel een dekentje mee, maar dat was dan ook alle voorbereiding die ik zelf had getroffen. We kregen een paspoortje, een puppypakket en de gelukswensen mee en konden onze reis weer hervatten richting Rotterdam. Onderweg bij een tankstation stopten we nog even om zijn eerste knuffel aan te schaffen. Een speeltje waar hij nu nog steeds heel gelukkig mee is, heeft ondertussen wel een iets andere functie, maar dat terzijde.

 

 

Beertje, Gucci, verschillende namen kwamen voorbij op de achterbank. Ik veto-de er best veel. Het werd Boefie, toen weer niet en uiteindelijk toch weer wel. Het was thuis even behelpen, maar maandag kochten we de halve dierenwinkel leeg om er voor te zorgen dat Boefie zich snel thuis zou voelen.

 

 

Ik heb me het afgelopen jaar heel vaak verwonderd, heb me vaak zinnen horen zeggen als ‘we hebben gewoon een hond’ en ‘ik dacht niet dat het zo leuk zou zijn’. Met zijn handtasformaat kan hij ook makkelijk mee naar mijn werk. En toen corona om de hoek kwam kijken, had ik gewoon elke dag een reden om toch mijn pyjama uit te doen en aan de wandel te gaan.

 

 

Ik weet nog dat ik in mijn Lyme-periode op de bank lag en 1 vd eerste afleveringen van ‘Lang leven de liefde keek. Een vrouw was zo gek op haar hondjes, die sliepen gewoon bij haar in bed’, het liep daarop stuk. Ik begreep die man, maar nu na een jaar hoor ik me elke avond tegen mijn hond zeggen ‘ga je mee samen slapen? Sterker nog, als het koud is, duwt hij zijn snuit onder de dekens, geeft een piepje, dat ik het dekbed op moet tillen en kruipt dan tegen me aan’. Ik vind het de normaalste zaak van de wereld.

 

 

En mijn zoon? Zijn ‘ik ga hem elke dag uitlaten’- belofte is hij niet helemaal nagekomen, maar ik moet je eerlijk zeggen dat ik het afgelopen jaar echt 2x echt geen zin had, maar dan ook echt geen zin. Tot ‘JIJ WOU EEN HOND’ schreeuwends toe. Hij is er ook gek op, maar het is MIJN hondje. Ik sta met hem op en ik ga met hem naar bed, en zelfs als er hitsige teefjes lopen door de wijk, is het geen probleem om elke 2 uur naar buiten te moeten om de wijk af te kunnen snuffelen.

 

 

Een hond (oké en mijn robotstofzuiger) maakte mijn toch al heel erg leuke leventje nog meer af, dus vandaar na een mooi jaar even een mooie ode aan mijn nieuwe liefde: BOEFIE.

 

Reactie schrijven

Commentaren: 1
  • #1

    Vera Korbijn-kooijman (woensdag, 13 januari 2021 05:58)

    Het is ook een schatje � ik snap helemaal wat je bedoelt. Ik ben zeker in deze periode van mijn leven ook zo blij met mijn hondjes❤️