Vorige week werden we fluitend de tweede lockdown in gepraat door onze MP. Terwijl er buiten een paar op potten en pannen stonden te slaan (dat kun je er dus blijkbaar ook mee doen in plaats van ze werkeloos in de kast te laten staan) werden stoïcijns de uitgelekte plannen meegedeeld: alles moest weer op slot. ‘Gelukkig’ was half Nederland na het uitlekken massaal de winkels plat gaan lopen, dus misschien doen we er meteen een derde piek achteraan over 10 dagen.
Op mijn verjaardag ben ik begonnen met de Corona-diaries om deze bijzondere tijd vast te leggen (en als bezigheidstherapie) en nu na de verjaardag van mijn zoon pak ik de draad maar weer op en zo is 2020 toch ineens voorbij gevlogen. Mijn zoon, een puber van nu 15, is vandaag voor controle weer naar het ziekenhuis gegaan. In drie maanden is hij weer 3 centimeter gegroeid en één blik op de schoenen ontlokte de reactie bij de longverpleegkundige ‘Jazeker, schiet hij u voorbij in de lengte.’ Nadat ik hem had gesmeekt toch maar gewoon mijn kleine jongen te blijven.
Hij moest weer een longfunctie blazen en mocht toen bij arts zoveel langs om de uitslag te bespreken en hoe het gaat. Nou zijn we niet zo van de medicatie, dus heel consequent is hij niet geweest de afgelopen periode, maar met een stalen gezicht (en blijkbaar toch een goede testuitslag) beweerde hij toch dat hij braaf elke dag alle medicatie tot zich nam. Ze diepte nog even de laatste allergische reactie uit, kwam met een heel duidelijk lego-blokjes-verhaal, bestudeerde de ingrediëntenlijst van het artikel wat volgens ons de boosdoener was geweest en concludeerde dat het hoogstwaarschijnlijk toch een acute astma-aanval geweest moest zijn in plaats van iets van de lijst, maar uitsluiten deed ze het niet en ik zag dat haar artsenoog met meer bewondering naar mijn zoon ging kijken. Ook voor haar werd hij bijzonder.
Ik opende de SIXT-share auto met mijn app en toen we ingestapt waren zei ik iets te enthousiast: ‘Duidelijk verhaal hè zo met die lego-blokjes?’ Hij keek me aan, plofte neer en zuchtte: ‘Mam, ik ben 15, geen 4. En kunnen we naar de Mac, we hebben nu toch een auto.’
Het was tijd voor het rondje met het hondje. Ondanks het miezerweer moesten we een groter rondje dan normaal. Ik had toch een plu, dus vond het prima. Met steeds minder hond kwamen we weer terug in de straat, kreeg ik heel lief een kerstpakket in mijn handen geduwd en kwamen we oma tegen, maar ook de hond van de garage. Een overenthousiaste pup die 3x zo groot is als mijn ‘konijn’ en heel lomp met Boefie wil spelen, maar dan half zijn ruggetje breekt als hij amicaal een poot op hem legt. Ik kon hem dan ook nog maar net met 1 hand oppakken waar hij al geschrokken in sprong, maar dat weerhield onze lobbes er niet van om toch ff positieve aandacht te komen vragen. Met plu, hond, pakket, telefoon en hondendoekjes was dat nog een behoorlijke uitdaging. Ik gaf mijn hond dan ook maar even aan mijn moeder en zette de spullen neer om de buurhond terug te brengen naar de garage, maar oma had de riem losgemaakt en in paniek schoot Boefie naar buiten. ‘Jippie spelen,’ dacht Chico en rende achter hem aan de straat op. Boefie schoot onder een auto en gelukkig was Chico daar nu net wat te groot voor, dus hij kon er niet meer bij. Nadat de buurhond terug was begeleid naar de garage durfde Boefie eindelijk zijn schuilplaats te verlaten en kroop trillend in mijn armen. De dierenwinkel heeft in ieder geval nu een goede kerst.
Omdat ik nog een extra middagrondje was gegaan en daarna mijn hond weer met zijn achterwerk onder de kraan moest verschonen, vond ik dat mijn zoon nu net wel ff mocht gaan. Hij vond van niet, maar na wat tegenstribbelen ging hij toch de deur uit, om eigenlijk vrij wel meteen aan de telefoon te hangen. ‘Mam er zit hier een parkietje en volgens mij kan die niet meer vliegen, wat moet ik doen?’ Ik adviseerde om hem toch maar te proberen te vangen, zodat we naar Karel Schot of zo zouden kunnen. Vijf minuten later weer een belletje met de vraag of ik kan komen helpen. Met een geïmproviseerd vogelkooitje vloog ik ‘to the rescue’ mijn hond verbaasd in de gang achterlatend. Het lukte ons om hem (of haar, ik heb maar even achterwege gelaten om dit uit te zoeken) onder de auto vandaan te krijgen en te vangen. Ik pakte hem op, maar daar was meneer (dat denk ik nu toch) niet echt van gediend. Zo’n klein snaveltje is dan toch verdomd pijnlijk. Van schrik liet ik hem vallen. ‘Kooitje’ er maar omheen gedaan en de dierenambulance gebeld. Met een half uur zijn ze er. T bleef op birdwatch en ik ging dan maar toch zelf de hond uitlaten. Nog wel ff snel naar boven rennen voor een crackertje en een dopje water.
‘Mogen we hem houden, mam?’ vroeg T met puppy-ogen, maar één vernietigende blik naar de hond en mijn kind, deed hem toch maar het zwijgen toe. Na mijn ronde was er nog steeds niemand en loste ik hem af. Het parkietje ging steeds hoger en harder piepen. Met terugwerkende kracht meer respect voor onze Mark. Na meerdere keren verkeerd te zijn gereden stopte de ambulance voor me en keken de Turkse buurmannen verbaasd wat die kwam doen. Ze keken naar mij, naar het parkietje en moest meteen aan de reactie van mijn Gambiaanse ex denken ‘Wij hebben niet eens ambulances voor mensen en hier komen ze zelfs voor dieren.’ Wel fijn dat het niet persoonlijk was, want de ambulance-vrijwilliger werd ook venijnig gebeten bij het overzetten van mijn ‘kooi’ naar hun kooi.
En om de dierendag compleet te maken. Kan iemand de muggen in mijn huis vertellen, dat het winter is? Dank u. Ga ik nu maar Eros proberen te spelen op mijn braadpan. Fijne avond.
Reactie schrijven
Maaike bff (woensdag, 23 december 2020 23:02)
Wat ben ik toch trots mn liefte te noemen supper leuk! Het grappige is dat ik het ook allemaal als een film voor me ziet gebeuren
Hou van jou
Inge (donderdag, 24 december 2020 12:31)
Wat een leuk verhaal weer,ik zie het zo gebeuren....
Vera Korbijn-kooijman (zaterdag, 26 december 2020 07:05)
Wat een leuk verhaal. Alsof ik er zelf bij was,