Gisterenochtend wilde ik mijn dagverslagje tikken, maar iets leidde mij af. Ik weet nu niet meer wat, maar weet wel, dat ik het daarna compleet vergeten ben. In de avond wist ik al niet meer wat ik nou wilde schrijven en vanochtend ontschoot het me ook bijna. Ik val tijdens het videobellen in herhalingen, wat heb ik nou al tegen wie gezegd en was het nou gister of eergisteren.
Wat ik nog wel weet is dat ik mijn zoon maandagavond laat zo ver kreeg om zich samen met mij te verkleden en weer een ludiek verjaardagsfilmpje op te nemen, dit keer voor mijn broer. We videobelden hem ook nog ff en ik hoorde mezelf hem de vraag stellen ‘heb je nog veel digitale visite gehad?’ Nooit gedacht dat ik die zin uit zou spreken. Het scheelt wel verjaardagsgedoe trouwens, geen rommel, geen geploeter in de keuken (dat schijnen mensen ook te doen bij verjaardagen) en niet hopen dat de laatste visite nu eindelijk eens afscheid neemt (het was leuk dat u er was, nog leuker als u gaat, zeg je dan ook niet).
Ik had trouwens gisteren nog een hoogtepuntje: ik mocht weer naar de fysio! En nou moet ik zeggen, dat ik qua voorpret er al een week mee bezig was, maar dat de verwachtte geluksexplosie (joehoe heb weer menselijk contact) toch een beetje als sneeuw voor de zon verdween toen hij met mondkapje en handschoenen aan een naald in mijn pijnlijke spier stak. Ik grapte nog ‘je gaat me toch niet visiteren’ maar het lachen verging mij snel. Deze man had duidelijk een week niet gewerkt en had wat in te halen. Daarnaast was ik al 3 weken niet onder handen genomen en dat resulteerde toch in een soort blok beton wat normaal schouder heet. De marteling ging vrolijk door en na de naalden deden we nog een poging om er wat beweging in te krijgen, ik tape je ook nog wel even in. Het roze kleurtje was dan wel een leuke pleister op de wonden. Als een boer met kiespijn verliet ik de ruimte met een afspraak voor volgende week. Je hoopt bijna op corona, maar toen ik een kuchje kreeg op de fiets moest ik heel gauw de kosmos ingooien dat dat wel een hele foute gedachte was.
Mijn pijn verbijtend haalde ik mijn hondje op om samen weer een wandeling te maken en hadden we weer een rendez-vous met Andy. Ook de buurhonden kwamen naar buiten en Boefie had de tijd van zijn leven. We zijn 1,5 uur buiten geweest met de baasjes op gepaste afstand.
Mijn vriendin is ook nog ff komen aanwaaien om een transcript te brengen van haar boek. Trots dat ik die mag doorlezen en nog trotser als het straks is uitgegeven en ik haar bij Jinek aan tafel ga zien. Ik zie me nu al kirrend voor de tv ‘ik ken haar, ik ken haar’ roepen.
Ik ga nog even snel iets bekennen want ik zie dat het nu al weer bijna 12 uur is, dus moet gauw naar buiten voor onze wandeling en dagelijkse meeting, maar ik vind Rutte zo oké olé olé. Ik was nooit fan van hem en zal inhoudelijk ook niet gauw op één lijn komen, maar ik vind hem heel sterk tijdens de persconferenties, zijn toespraak en hoe hij zijn hoofd koel houdt. Het heeft iets vaderlijks, maar voel me niet aangesproken als kind. Hij heeft iets kalms, wijs en vertrouwenwekkends, word ik stiekem toch wel een beetje blij van. Nou ga gauw voordat hij te laat is voor de hondendate. Laters.
Reactie schrijven